Instinctief schieten

From Pijl en Boog
Jump to navigationJump to search

Instinctief Schieten

Wat is instinctief schieten

Instinctief schieten is het schieten waarbij je vertrouwd op je lichaam en geest. In tegenstelling tot vizierschutters, gap-shooting, string- of face-walking is bij instinctief schieten het niet nodig om de exacte afstand tot een doel te kennen. Je lichaam dat in de loop van de evolutie zich heeft leren handhaven in een 3-Dimentionale wereld, voelt van nature een ruimtelijke omgeving aan. Door het herhaaldelijk schieten leert je lichaam en geest welke houding je moet aannemen om raak te schieten. Dit is waarschijnlijk ook de 1ste vorm, en dus de oudste manier van schieten. Mikken is alleen goed voor een stilstaand doel.

Het instinctief boogschieten is ook een heel leuke en bevredigende manier van boogschieten net omdat het zo natuurlijk aanvoelt..

Om goed instinctief te kunnen schieten is het belangrijk dat je vanaf het begin een goede methode en houding wordt aangeleerd. Telkens wanneer je goed schiet zal je lichaam bijleren.. Je lichaam leert enkel van de goede pijlen... Klasseer pijlen in je geest volgens: raak (!!), te hoog, te laag, teveel link, teveel rechts... steeds een positieve formulering..

Laat je begeleiden om je schiettechniek de eerste weken op punt te stellen... start met een goede houding, goede techniek, goed afgesteld materiaal.

Schiet met beide ogen open en focus op je doel wanneer je schiet... volg de pijl in de vlucht tot die op het doel zit..

Je "muscle memory", spiertonus, druk op je gewrichten, evenwichtsorgaan enz. geven je feedback en informatie waardoor je lichaam stap voor stap leert wat de optimale houding is.

Instinctieve schutters vertellen allemaal dat je voor het lossen reeds voelt of de pijl raak zal zijn of niet... dit is een heel aangenaam gevoel...waarschijnlijk scheidt je lichaam endorfines af op dit moment.

Leerproces

Het leerproces omvat eigenlijk het trainen van je (motor-)neuronen in je lichaam en hersenen. Je lichaam (gewrichten, evenwichtsorgaan, spierspanning ==> hersenen) registreren je houding, de kracht in je spieren, je evenwicht, de druk op je gewrichten en de coördinatie tussen al deze elementen.. Je lichaam leert ook van je boog en van je pijl...door hem aan te spannen herkent je lichaam de kracht in de arm, de impact bij release, je houding enz.. Wanneer je dan raak schiet krijg je een positieve feedback en zullen je hersenen dit onthouden en je de volgende keer vertellen wanneer je goed staat. Dit laatste is een heel speciale ervaring die instinctief schutters onafhankelijk met elkaar delen: Je weet gewoon op het moment dat je de pijl lost of die goed zal zijn of niet.

Verwacht niet dat je vanaf de eerste keer steeds in de roos zal schieten.. een leerproces is zowel leren wat je moet doen, als leren wat je niet moet doen... Let in het begin voornamelijk op je houding en een correcte techniek. Waar de pijlen terechtkomen is minder belangrijk.. je techniek moet echt eerst goed zijn. Zorg ook dat je boog en pijlen goed op elkaar zijn afgesteld want: Junk In, Junk Out.

Bouw steeds rustig je houding op.. neem je tijd en ga stap voor stap de verschillende onderdelen die je schot voorbereiden af.

  • Voeten op schouderbreedte, haaks op de richting van je doel
  • Neem je boog in je booghand. Hou met je hand de boog steeds op dezelfde manier vast. Hierbij is het belangrijk dat je leert dat de pees je boogarm niet mag raken. Dus bouw dit in je houding in.
  • Plaats je pijl en span je boog in een vloeiende beweging aan, terwijl je je doel reeds voor ogen houdt.
  • Trek aan en anker. Dit ankeren is erg belangrijk en zorgt voor een constante treklengte en dus voor een constante kracht waarmee de pijl afgevuurd wordt..
    • Trek met alle drie de vingers tegelijk.. Zorg dat je geen "lazy finger" hebt..verdeel de kracht evenredig over je drie vingers.. je zal voelen dat je dan ook meer kracht moet zetten. De middelvinger is je sterkste vinger en het is dus verleidelijk om die dan ook het meeste werk te laten doen. Let er dus vooral goed op dat je vingers alle drie mee aan de pees trekken.
  • Wijs met je booghand naar je doel.
  • Leg je hoofd iets schuin over je pijl en kijk met beide ogen open naar je doel. Zorg er voor dat de pupil van je dominante oog recht boven de pijl komt.
  • Wanneer je "weet" dat je goed staat, schiet je de pijl af.
    • In dit opzicht is de "release" erg belangrijk... dit hoort in een vloeiende beweging naar achteren te gebeuren zodat er geen kracht verloren gaat tijdens de release. Hou met je rugspieren de spanning op je hand zodat wanneer je lost je hand langs je gezicht streelt en iets naar achter gaat..
  • Hou je boog en lichaam in dezelfde houding totdat je pijl in het doel zit (=narichten). Door te snel te willen kijken verstoor je het traject van de pijl wanneer deze al vertrokken is maar nog net op je boog zit. Volg je pijl in z'n traject. Beoordeel ook de vlucht van je pijl. Die moet in een vlotte beweging naar zijn doel gaan.

Zorg voor een snelle feedback over het resultaat... Dit is belangrijk in een leerproces. Beoordeel elk schot onmiddelijk... wees streng voor jezelf en prijs je ook wanneer je het goed doet. Verleg telkens je grenzen zodat de uitdaging steeds opnieuw voor een nieuwe fase in het leerproces zorgt.

Omdat instinctief schieten net vraagt dat je niet analytisch nadenkt om een schot te plaatsen is het belangrijk dat je je geest in een speelse toestand brengt. Spelen is eigenlijk leren. Door te spelen leer je sneller en beter.